Sturing en beheersing apparaatskosten

vrijdag, februari 1st, 2019

“Neem informatie over apparaatskosten op in de begroting, gepaard aan een meerjarige kadernota bedrijfsvoering” Rekenkamer Tilburg

Voor de uitvoering van gemeentelijke activiteiten zet de gemeente middelen in, zoals personeel, computers en gebouwen. Deze inzet van deze zogeheten apparaatskosten kan op een doelmatige of minder doelmatige manier gebeuren. Het doel van dit onderzoek door de Rekenkamer was om na te gaan of de raad een rol speelde bij de sturing en beheersing van apparaatskosten. Aangezien de raad de beleidslijnen uitzet in het kader van zijn budgetrecht  en het college het vastgelegde beleid uitvoert, zou geconcludeerd kunnen worden dat de raad zich niet met apparaatskosten hoeft bezig te houden. Zowel de gemeentewet als het BBV bieden de raad echter voldoende ruimte om een rol te spelen bij de invulling van de apparaatskosten. Uit het onderzoek van de Rekenkamer bleek de raad echter geen enkele rol te spelen, waarbij het ontbreken van adequate informatie over apparaatskosten een rol speelde. De Rekenkamer bepleitte in de financiële beheersverordening de sturings- en informatiebehoefte van de raad over apparaatskosten te verankeren.

Garage onderbouwd? – Pieter Vreedeplein

vrijdag, februari 1st, 2019

Een onderzoek naar de rol van de raad en het college bij de aankoop en exploitatie van de parkeergarage Pieter Vreedeplein

“Procesafspraken over het proces van besluitvorming en informatievoorziening bij grote projecten zijn nodig” Rekenkamer Tilburg

Dit onderzoek ging over de parkeergarage aan het Pieter Vreedeplein in het centrum van Tilburg. Deze garage was in maart 2008 geopend, maar de parkeeropbrengsten bleken ver achter te blijven bij de begroting.  Het onderzoek van de Rekenkamer richtte zich op de vraag of de raad voldoende in positie was geweest om rond het besluitvormingsproces over de garage de beleidslijnen uit te zetten en de uitvoering van het beleid rond de garage te controleren. Bij beide onderzoekvragen trok de Rekenkamer een negatieve conclusie. Het college stelde financiële informatie niet op een consistente manier ter beschikking en nam strategische beslissingen zonder de raad daar in te kennen. Ook vanuit de ambtelijke organisatie werd relevantie informatie over het project niet ter beschikking gesteld. De raad zelf bleek ook te weinig ‘door te vragen’ als er beslissingen over de parkeergarage, zoals het toekennen van extra krediet, werden voorgelegd. Teneinde in de toekomst de raad wel in staat te stellen haar wettelijke taak van sturing en controle te kunnen uitvoeren, stelde de Rekenkamer voor een speciale procedure voor grote projecten in het leven te roepen. Hierin moet, onder meer, worden vastgelegd welke informatie beschikbaar moet zijn bij diverse fasen van het project.

Subsidiebeleid: een pleidooi voor een kwantumsprong

donderdag, januari 7th, 2010

“Er is behoefte aan inzicht in de maatschappelijke effectiviteit van het subsidiebeleid” Gemeenteraad

Dit kortlopende onderzoek was een vervolg op eerdere onderzoeken binnen de gemeente. Uit die onderzoeken was gebleken dat er weinig zicht was op de resultaten en maatschappelijke effecten van verleende subsidies. Daarnaast werd er geconcludeerd dat de raad weinig invloed had op het subsidieproces. In de brief van januari 2010 werd de conclusie getrokken dat er in deze situatie nog weinig verandering te bespeuren was. De raad speelde (nog steeds) niet of nauwelijks een rol in het subsidieproces. Het zicht op resultaten ontbrak, mede door het gebrek aan resultaat gerichte verantwoordingen van de gesubsidieerde instellingen zelf. Het college maakte bovendien geen werk van het evalueren van de effectiviteit van subsidies. De Rekenkamer deed enkele aanbevelingen om het subsidieproces te verbeteren en de subsidies aan grote instellingen binnen een raadsperiode minstens eenmaal integraal te evalueren.