Wmo: Zorgen om resultaten

vrijdag, februari 1st, 2019

Een onderzoek naar de wijze waarop de gemeente Tilburg stuurt op het beleid, de inkoop van en de toeleiding naar de Wmo Maatwerkvoorzieningen (ZIN en Pgb)

“Het ontbreekt aan inzicht in de behaalde resultaten, een betere sturing op resultaten is de benodigde vervolgstap” Rekenkamer Tilburg

Sinds 1 januari is een groot deel van langdurige zorg door het rijk overgedragen naar de gemeenten. Het gaat hierbij om de jeugdhulp en de wet maatschappelijke ondersteuning (wmo). In 2017 heeft de RKT een onderzoek uitgevoerd naar de uitvoering van de wmo. Het onderzoek beperkte zich tot de vooziening individuele begeleiding, waarmee een bedrag van ongeveer twintig miljoen euro per jaar gemoeid is. Er is bij het onderzoek vooral bekeken of het hele proces, vanaf het moment dat de hulpvraag van een cliënt de gemeente bereikt, voldoende resultaatgericht is. Het gemeentelijke wmo-beleid is gericht op het bevorderen van de zelfredzaamheid en de maatschappelijke participatie van burgers, met als nevendoelstelling dat de kosten van de wmo beheersbaar blijven. Uit het onderzoek is gebleken dat in de gemeentelijke uitvoering van het wmo-beleid te weinig waarborgen zijn ingebouwd om die resultaten te bereiken. Deze conclusie gold, zowel wat de contacten met de zorgaanbieders als wat de contacten met de cliënten betreft. Ook kon geconcludeerd worden dat de beschikbare managementinformatie onvoldoende was om op resultaten te kunnen sturen.

Sport op orde

vrijdag, februari 1st, 2019

“Het verminderen van de verwevenheid tussen de gemeente Tilburg en het Sportbedrijf is een belangrijke randvoorwaarde voor een efficiënte exploitatie van het Sportbedrijf”Rekenkamer Tilburg

Tilburg kent een kwalitatief goed aanbod van sportaccomodaties, waar veel gebruik van wordt gemaakt. Het beheer leidt echter tot een financieel tekort. Het doel van dit onderzoek is om de oorzaken van de exploitatietekorten te benoemen en om scenario’s voor bezuinigingsrichtingen te becommentariëren. Uit het onderzoek bleek dat een belangrijke oorzaak van de toename van het tekort werd veroorzaakt door wijzigingen in administratieve toerekening van de kosten. Deze toerekening hield geen verband met de werkelijke kosten of met een minder doelmatige inzet van de middelen. Een reden voor de eventuele ondoelmatige inzet kon eerder gevonden worden in de administratieve verwevenheid van de organisatie die de accommodaties exploiteert, het zogenaamde Sportbedrijf, met de gemeentelijke organisatie. Deze verwevenheid kan de doelmatigheid van de exploitatie van het Sportbedrijf in de weg staan. Het is derhalve te overwegen het Sportbedrijf meer op afstand van de gemeente te plaatsen. De conclusie werd getrokken dat andere voorgestelde bezuinigingsrichtingen of niet specifiek op verbetering van de exploitatie waren gericht of te weinig bijdroegen aan het dichten van het exploitatietekort.

Voor eigen rekening en risico – Stappegoor

vrijdag, februari 1st, 2019

Een onderzoek naar de totstandkoming en uitvoering van de overeenkomsten tussen de gemeente Tilburg en het Consortium Stappegoor B.V.

“We zijn het project ingezogen zonder dat we wisten waarvoor we tekenden” Lid gemeenteraad

Sinds 2002 zijn er plannen gemaakt voor de ontwikkeling van het gebied ‘Stappegoor’ in het zuiden van Tilburg. Oorspronkelijk zou het een gebied moeten zijn waar voornamelijk leren en sporten gecombineerd werden. Op eigen initiatief werkten diverse projectontwikkelaars dit idee uit, waarop in 2006 een concessie werd verleend aan een aantal ontwikkelaars, verenigd in een consortium, om het gebied te ontwikkelen. Uitgangspunt voor de gemeente was dat de overeenkomst met het consortium gebaseerd was op ‘gesloten beurzen’: het consortium mocht woningen en commerciële ruimten uitbaten in ruil waarvoor de gemeente ‘om niet’ een aantal sportaccommodaties van het consortium zou ontvangen. Uit een analyse van de contracten door de RKT bleek echter dat de gemeente het gehele financiële risico op gewijzigde omstandigheden op zich had genomen. De omstandigheden wijzigden zich echter al vrij snel na het tekenen van de concessieovereenkomst. Sport- onderwijsorganisaties die een belangrijke rol hadden moeten spelen in Stappegoor vertrokken onverwacht en in 2008 stortte de woningmarkt in. Daardoor was het contractueel noodzakelijk de concessieovereenkomst te herijken. Hoewel de RKT de exacte bedragen door de versnipperde informatievoorziening niet heeft kunnen vaststellen, was het wel duidelijk dat in de nieuwe overeenkomsten de gemeente financier van het project was geworden. Van deze consequenties werd de gemeenteraad door het college onvoldoende adequaat op de hoogte gebracht.

Navolgonderzoek kwaliteit van de informatievoorziening

dinsdag, september 9th, 2014

“De informatie moet voldoende inzicht geven in de vraag aan welke ‘knoppen’ de raad kan draaien” Rekenkamer Tilburg

In 2012 heeft de Rekenkamer onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de informatievoorziening met betrekking tot de grondexploitatie en de algemene uitkering Gemeentefonds. Een van de conclusies was dat de informatie onvoldoende inzicht gaf in de vraag aan welke ‘knoppen’ gedraaid kan worden door de raad. Om hier verbetering in aan te brengen heeft de Rekenkamer ten aanzien van de twee cases 21 concrete aanbevelingen geformuleerd. In het kader van een navolgonderzoek heeft de Rekenkamer medio 2014 getoetst of deze 21 aanbevelingen zijn opgevolgd. De Rekenkamer stelde vast dat het college de aanbevelingen in technische zin vrijwel volledig heeft opgepakt. Het kwaliteitsniveau van de informatievoorziening was echter met name bij de grondexploitatie niet over de hele linie verbeterd. Ontwikkelingen in de grondexploitatie, waaronder begrepen grote projecten, kunnen op basis van de gegeven informatie moeilijk geduid worden door de raad. Al in gang gezette ‘verbetertrajecten’ zouden dit manco kunnen verhelpen.

Navolgonderzoek subsidiebeleid

donderdag, februari 7th, 2019

“Niet alle ‘op papier’ geformuleerde voornemens zijn in ‘de praktijk’ al opgevolgd” Rekenkamer Tilburg

In dit onderzoek is nagegaan in hoeverre de door de raad overgenomen aanbevelingen uit het subsidieonderzoek van 2010 om het subsidieproces te verbeteren zijn opgevolgd. De conclusie is dat ‘op papier’ de nodige vooruitgang was geboekt, maar dat niet alle papieren voornemens tot een verbeterde praktijk hebben geleid. Zo werden er nauwelijks beleidsevaluaties van subsidies aangetroffen. De informatieverstrekking aan de raad over de verantwoording van subsidies liet te wensen over. Op grond van de bevindingen adviseerde de Rekenkamer aan de raad om het college op te dragen volgens een vast rooster de raad te informeren over de doelmatigheid en de maatschappelijke effecten van, in ieder geval, de ‘grote’ subsidies.